Inleiding:
prolactine (v. Lat. pro = voor, lac, gen. lactis = melk), afk.
PRL, ook genoemd luteotroop hormoon (LTH), een hormoon dat
geproduceerd wordt in de voorkwab van de hypofyse.
Werking:
Prolactine ondersteunt bij de mens de werking van oestrogene
hormonen, progesteron, hydrocortison (cortisol), insuline en
schildklierhormoon op de melkklieren tijdens de zwangerschap en
zet deze aan tot functioneren (lactatie) indien zij voldoende
geactiveerd zijn. Prolactine beïnvloedt de secretie van eiwitten,
caseïne, vetzuren en lactose in de melk en het volume van de
melkproductie.
Het hormoon heeft bij de vrouwelijke individuen van verschillende
diersoorten verschillende werkingen. Het zet de krop van duiven
tot ‘melk’-secretie aan (duivenmelk), hoewel de krop morfologisch
en ontogenetisch niet met zoogdiermelkklieren vergelijkbaar is.
Prolactine is, althans bij sommige diersoorten, van belang voor
moederschap kenmerkend gedrag. Het is, naar wordt aangenomen ook
bij de mens, van belang voor het in stand houden van de secretie
van progesteron door het gele lichaam (corpus luteum) in de
eierstok (vandaar het synoniem luteotroop hormoon); in deze zin is
het ook een gonadotroop hormoon, hoewel chemisch sterk
verschillend van de andere gonadotrope hormonen.
Bouw:
Prolactine lijkt in chemische structuur enigszins op groeihormoon;
het is een peptidehormoon, opgebouwd uit 198 aminozuren, met een
moleculairgewicht van ca. 23 000. Het gehalte in het bloedserum
kan enzym- of radio-immunologisch worden bepaald. Het gehalte in
het bloedserum van de mens is 8 ± 5 ng/ml, in de zwangerschap
stijgt het tot ca. 200 en het daalt in de eerste maanden erna
geleidelijk, maar stijgt telkens bij het zogen; 8–20% van de
immunoreactiviteit in het plasma komt op rekening van een
precursormolecule van PRL, het pre-PRL dat een molecuulgewicht
heeft van
40 000–50 000.
Afgifte:
De afgifte van prolactine wordt vnl. gereguleerd door verminderde
afgifte van dopamine, ook wel genoemd prolactin inhibiting factor,
PIF. Dopamine remt de afgifte van prolactine. Omgekeerd zetten
oestrogenen de secretie van prolactine aan, maar de werking van
prolactine wordt door een hoog oestrogeengehalte in het bloed
geremd.
De productie van prolactine kan echter ook op gang komen door een
prolactin releasing factor, PRF (= prolactin releasing hormone,
PRH), die mogelijk identiek is met TRH (thyreotrope releasing
hormone).
De secretie van prolactine verloopt episodisch, maar niet in een
24-uurs ritme, zoals bij sommige andere hypofysaire hormonen.
Tijdens de slaap neemt de secretie toe ongeacht het tijdstip van
de dag waarop de slaap intreedt. Ook angst, depressie, stress,
lichamelijke inspanning en stimulering van de tepels leiden tot
een verhoogde afgifte van prolactine. Geneesmiddelen hebben
eveneens invloed op de secretie. Dopamine-agonisten onderdrukken
de secretie; dopamine-antagonisten (fenotiazines) doen de secretie
toenemen.
Een voortdurend te hoge prolactineproductie, bijv. ten gevolge van
een (al of niet aantoonbaar) hypofysegezwel, geeft aanleiding tot
infertiliteit bij de vrouw en bij de man. Hyperprolactinemie (een
verhoogde hoeveelheid prolactine in het bloed) geeft bij de vrouw
aanleiding tot onregelmatige menstruaties, uitblijven van de
menstruatie en uitblijven van de ovulatie; bij de man wordt de
testosteronproductie onderdrukt, evenals de spermatogenese. Een
verlaagd libido en toenemende impotentie leiden tot
onvruchtbaarheid. Het is niet bekend op welke wijze prolactine
effect uitoefent op de functie van de geslachtsorganen. Genoemde
effecten kunnen echter gemakkelijk onderdrukt worden door
toediening van bromocriptine. Soms is de amenorroe (het wegblijven
van de menstruatie veroorzaakt door een hypothalamusafwijking) een
gevolg van een te hoge gevoeligheid voor prolactine; ook dan helpt
bromocriptine.
Placentair prolactine:
Bij de mens wordt door de moederkoek (placenta) vanaf de vijfde
zwangerschapsweek een stof gemaakt – aangeduid als placentair
prolactine, humaan placentair lactogeen of als placentair
groeihormoon – die lactogene eigenschappen bezit, maar daarnaast
een groeihormoonfunctie kan uitoefenen. De concentratie van dit
placentaire prolactine in het vruchtwater wordt zeer hoog: tot ca.
6000 ng/ml kort voor de geboorte en de uitscheiding ervan met de
urine kan een maatstaf vormen voor een goede functie van de
placenta (zie ook heksenmelk).
Bij de man is geen fysiologische werking bekend.
Physiological Reviews:
Prolactin: Structure, Function, and Regulation of Secretion
( pdf-bestand ).
e-Medicine:
Prolactin deficiency
|
Hoofdmenu |
|